29 april 2007
Ontmoeting met Jezus
Johannes is helemaal ondersteboven
Waarschijnlijk zijn de twee volgelingen van Johannes de Doper erbij geweest toen Jezus door hem gedoopt werd en wisten zij dat Johannes slechts een heraut was van de komende koning. Maar wat een dag moet dat zijn geweest voor Johannes! Jezus had hem gevraagd om gedoopt te worden! Hij begreep er niks van! Jezus hoefde zich toch niet te bekeren, door zich van een ikgericht leven te wenden tot God. Nee dat was zo, maar Jezus wilde het. Johannes deed het en terwijl Jezus weer uit het water opstond daalde de Heilige Geest in de gedaante van een duif op Jezus neer. En er klonk een stem uit de hemel, die sprak: “U bent mijn geliefde Zoon, U verheugt mijn hart” God de Vader sprak hier vol blijde verrukking over zijn Zoon. Wat een vreugde voor de Vader hier zijn Zoon te zien, die door zich te laten dopen toont dat Hij de mensen gelijk wil zijn, naast hen wil staan, de zelfde weg wil gaan, maar daarin tevens zich zelf vrijwillig en volkomen toewijdt aan de opdracht die de Vader Hem gegeven heeft om de zonde van de wereld weg te nemen. Dat was precies wat de Vader zo graag wilde!
Johannes heeft er waarschijnlijk niet veel van begrepen, maar één ding zag hij: Hij wiens heraut hij was, was het Lam van God. Hij zou zijn volk verlossen van de macht van de zonde, maar wie begreep dat? Toen Jezus naar hem toe kwam om zich te laten dopen, riep hij het uit. Kijk! Dat is ‘m!! "Het offerlam van God! Hij neemt de schuld van de wereld op Zich.” Het lam was in het hele Oude Testament het beeld van verzoening. Al in Ex.12 moest een lammetje worden geslacht en het bloed aan de deurposten worden aangebracht. Daardoor zou verzoening worden aangebracht en hoefden de eerstgeborenen niet te sterven. Maar al die lammetjes bij elkaar konden desondanks geen enkele zonde wegnemen. Ze hadden slechts een symbolische functie. Ze zouden heenwijzen naar het enige echte offerlam waarin God zelf voorzag, net als bij Abraham op de berg Moria (Gen.22). Jezus zou zich zelf laten slachten als een offerlam op het kruis en daar de zonde van de wereld verzoenen, waardoor de weg tot God zou worden vrijgemaakt. Johannes zag er iets van. Zijn discipelen luisterden ernaar.
Uitnodiging
De volgende dag, zo schrijft Johannes, is hij weer bij de Jordaan net als de vorige dag en ziet Jezus daar gaan. Johannes ziet maar één ding, hetzelfde als wat God de Vader zag, als hij opnieuw uitroept: “zie het Lam van God!”.
Twee van zijn discipelen nemen een besluit. Ze willen weten wie die bijzondere rabbi is waarover Johannes de Doper het steeds heeft gehad.
Ze gaan eenvoudig naar Jezus toe en houden hem steeds in het oog. Jezus merkt het en vraagt wat ze willen. Ze vragen Hem wat ook wij mensen veelal aan elkaar vragen als we ze elkaar voor het eerst ontmoeten: “Waar woont u?” En, hoe reageert Jezus? Uit zijn reactie op die vraag kunnen we namelijk iets zien van wie/hoe Hij is! Hij antwoordt: “kom maar mee, dan zul je het zien!! Wildvreemde mannen die (nog) niets hebben met Jezus krijgen zo maar een uitnodiging!! Er worden geen agenda’s getrokken om een afspraak te maken. Je zou toch kunnen verwachten dat Hij zou zoiets zou antwoorden als: “Ja, sorry hoor maar daar kan ik niet aan beginnen, daar heb ik dus even geen tijd voor!” Nee, onmiddellijk kunnen ze bij Hem terecht! En als bevestiging staat er nog eens achter, dat ze die dag bij Hem bleven.
Wat moet je daar nu mee hier en nu?
Wel, Jezus is niet veranderd, Hij is nog steeds zo! Wie Hem nadert in een eenvoudig gebed, mag bij Hem komen, is welkom bij Hem. Hij wijst niemand af die Hem wil leren kennen! Helemaal niemand! In ons landje komt men vaak met een enorme lading theologie op de proppen over wel of niet uitverkoren zijn en wat al niet meer. Dat zijn de mensen die op een afstand blijven staan. Dat zijn mensen die Hem, naar ik vrees, nooit echt zullen leren kennen. Dat hoeven ze niet, vinden ze: ze weten het al! Ze missen daarvoor die kinderlijke onbevangenheid zoals deze discipelen hadden. Zij deden het gewoon! En werden niet afgewezen. Ze waren welkom! Die keuze die zij maakten, was de meest beslissende in hun leven. Alles zou volkomen anders worden. Dat geldt ook voor ons die anno 2007 leven. We zijn allemaal welkom! De vraag is alleen wie bereid is die allereerste vraag te stellen aan Hem. Voor wie het doet geldt: het antwoord is net als toen. “Kom maar mee, dan zul je het zien!” (Joh.1: 19-39)
Wil je reageren? Schrijf gerust naar thv@fastmail.com Elke serieuze reactie wordt beantwoord!